De ene bong is een gewone rechte buis zonder poespas. De andere bevat allerlei functies, zoals meerdere percolators en precoolers. Ook zijn er bongs in allerlei groottes, formaten, kleuren en in diverse materialen verkrijgbaar. Allemaal leuk en aardig, maar hoe rook je een bong?

Een bong roken gaat altijd op dezelfde manier, ongeacht het soort of grootte. Het idee is om hasj (hasjiesj, stuff) of wiet (marihuana, weed, hennep, ganja, pot) te roken. Je legt de hasj of wiet in de bowl. De bong heb je gevuld met water. Door de hasj of wiet aan te steken en tegelijkertijd aan de bong te zuigen, zuig je het de rook door het water heen, zo je longen in. Je maakt dus geen gebruik van een slang, maar zet je mond op de bong. Sommige bongs zijn klein of smal. Dan past niet je hele mond er op. Soms heeft het een uitstekende buis, vaak een sidecar bong genoemd, die je dan in je mond stopt, om er vervolgens de rook te kunnen inhaleren.

Naast het roken van hasj of wiet, kan je ook olie, wax of concentraten roken. Oftewel: dab. Het dabben doe je met een dabbing bong, een oil rig / dab-rig, met dabbing tools. Het principe van de bong is hetzelfde, alleen leg je de olie niet in een bowl, maar in een kommetje of op een "nail". Met een torch aansteker verhit je de concentrate, om zo de rook weer door het water in de bong te zuigen.

Wil je precies stap voor stap weten hoe je een bong moet roken? Lees dan onze stap voor stap handleiding over het gebruik van een bong.